Kind van de Oorlog
Vanaf september 2024 t/m augustus 2025 staat in het teken van 80 jaar bevrijding van Nederland. Ook in Gorinchem zullen diverse activiteiten zijn die te maken hebben met de Tweede Wereldoorlog. COC Gorinchem organiseert november 2024 in samenwerking met Bibliotheek aan Zet en het Gorinchemse museum de tentoonstelling ‘Kind van de oorlog’. Tijdens de tentoonstelling zullen acht verhalen van kinderen die de Tweede Wereldoorlog hebben meegemaakt, verteld worden.
De verhalen die verteld worden zijn van kinderen uit een Joods-, NSB-, verzets- en een gezin die getuigen zijn van bijzondere gebeurtenissen. De tentoonstelling zal uit twee delen bestaan, namelijk gastsprekers die de oorlog hebben meegemaakt maar ook een elf meter lange trailer van het Amsterdamse verzetsmuseum.
Verzetsmuseum junior op wielen
In de vrachtwagen gaan jonge bezoekers terug naar het jaar 1940: Nederland is bezet door nazi-Duitsland. In vier verschillende huiskamers gaan ze, met een opdrachtenboekje in de hand, op zoek naar voorwerpen, foto’s, documenten en daarbij behorende verhalen. Zo ontdekken ze de waar gebeurde oorlogsverhalen van de Joodse vluchteling Eva, het Nederlandse NSB-meisje Nelly, Jan met ouders in het verzet en Henk uit een alledaags gezin.
Op een uitdagende manier ontdekken de jonge bezoekers wat er in Nederland tijdens de oorlog is gebeurd en praten ze met elkaar over goed en fout; over meelopen, wegkijken of juist opkomen voor anderen. Het verzetsmuseum junior op wielen zal aangeboden worden aan leerlingen van groep 7 en 8 van basisscholen, maar ook op woensdagmiddag en in het weekend toegankelijk voor bezoekers.
Gastsprekers
In totaal zullen vier kinderen van de Tweede Wereldoorlog hun verhaal vertellen. Zo zullen Betty Schols-Meent, Tanja Wolterbeek, Jac Blommert en Hans Suijs hun verhaal vertellen.
Lezing Betty Schols-Meents (kind van een joodse vader)
Maandag 4 november 2024 om 19.30 uur komt Betty Schols-Meents naar bibliotheek AanZet. Betty werd geboren in 1941 in Amsterdam als dochter van een Joodse vader en een niet-Joodse moeder. Haar vader werd al snel opgepakt en gedeporteerd naar concentratiekamp Mauthausen. Daarvandaan schreef hij nog vijf brieven. Als haar moeder in november haar brief terug krijgt met het stempel ‘Unbekannt’ komt niet veel later de bevestiging van zijn dood. Ook de grootouders van Betty overleven de oorlog niet; in juni 1943 werden ze opgepakt en via Westerbork naar vernietigingskamp Sobibor afgevoerd. Daar zijn ze direct na aankomst vergast. Over de lezing die Betty geeft zegt ze zelf: “Ik zou heel tevreden zijn als na mijn verhaal duidelijk is dat niemand kan kiezen waar je geboren wordt, dat je wel kunt kiezen wat je doet. Het is belangrijk nieuwsgierig te blijven, hoop te houden en af en toe om jezelf te lachten.”
Lezing Tanja Wolterbeek (Kind uit een NSB-gezin)
Donderdag 7 november 2024, aanvang 19.30 uur, deelt Tanja Wolterbeek haar verhaal. Haar vader was tijdens de oorlog een beruchte NSB’er, werkzaam voor de Sicherheitsdienst (SD), en betrokken bij razzia’s en arrestaties in Eindhoven. Na de bevrijding werden Tanja’s ouders gearresteerd en geïnterneerd in Kamp Vught, terwijl de kinderen in pleeggezinnen werden ondergebracht. In 1952 volgde een korte gezinshereniging met hun vader, die nog datzelfde jaar overleed. De rol van Tanja’s ouders tijdens de oorlog bleef binnen het gezin een taboe, zelfs na het overlijden van haar vader. Haar moeder wilde het verleden niet loslaten, en haar broers en zusje weigerden erover te spreken. Ze verboden Tanja zelfs om zich er publiekelijk over uit te laten. Toch liet Tanja zich niet het zwijgen opleggen. In 1986 werd ze benaderd voor een televisie-interview samen met een Joodse overlevende, wat binnen de familie tot conflicten leidde. Tanja is lid van de Vriendenkring Nationaal Monument Kamp Vught en was actief bij de Werkgroep Herkenning, die steun biedt aan (klein)kinderen van ‘foute’ ouders en Duitse militairen. Ze zegt hierover: “Ik heb eindelijk het gevoel dat ik iets positiefs met mijn oorlogsverleden doe.”
Lezing Jac Blommaart (Kind van een alledaags gezin)
Deze lezing is donderdag 14 november 2024 om 19.30 in het Gorcums Museum. Jac Blommaart werd geboren op 25 februari 1933 in Lamswaarde, Zeeland, als jongste van acht kinderen. Zijn vader was bakker en zijn moeder werkte in een kruidenierszaak. Toen de oorlog uitbrak, was Jac zeven jaar oud. Op 10 mei 1940 wekte zijn vader hem en zijn broers en zussen om naar de Duitse vliegtuigen te kijken. De angst nam toe toen Duitse soldaten het dorp binnenmarcheerden, en Jac kon niet meer naar school omdat de nazi’s het gebouw hadden gevorderd. De dreiging van de oorlog werd steeds duidelijker: verduisterde huizen, zoeklichten en luchtafweergeschut ’s nachts, en Amerikaanse bommenwerpers die overkwamen. Tijdens het spelen buiten, was Jac getuige van een luchtgevecht waarbij een jachtvliegtuig werd neergeschoten en schepen op de Schelde onder vuur werden genomen. Ondanks de moeilijke omstandigheden was er in het gezin Blommaart, met acht kinderen en een oma, altijd plek voor ‘hongerkinderen’ uit Rotterdam of Schiedam. “Ons huis was erg vol, maar er was altijd nog plaats voor anderen.” De oorlog had ook directe gevolgen voor zijn familie: Jac’s oudste broer werd gedwongen in Duitsland te werken voor de Arbeitseinsatz en zijn zus werd vanwege haar verzetswerk opgepakt en naar kamp Vught gestuurd. Na de bevrijding werden Engelse soldaten ingekwartierd in hun huis. Jac Blommaart, gepensioneerd leerkracht. Hij deelt zijn oorlogservaringen graag. “De oorlog heeft mij doen beseffen dat het om mensen gaat. Het is vooral de burgerbevolking die lijdt.”
Lezing Hans Suijs (Kind uit een verzetsgezin)
Deze lezing is in het Gorcums Museum op donderdag 21 november 2024, aanvang 19.30 uur. Hans Suijs werd in 1943 geboren in Vlijmen, nabij ’s Hertogenbosch. Zijn vader, Herman Suijs, en diens zussen, Cis en Dré, waren actief in het verzet. In 1944 boden Cis en Dré onderdak aan verzetsleden die een foute politieman hadden neergeschoten. Door verraad kwamen de nazi’s dit te weten, waarna Cis werd gearresteerd en naar verschillende kampen werd gestuurd, waaronder Haaren, Vught, Ravensbrück en Dachau. Ondertussen werd Zuid-Nederland bevrijd. Hans’ vader sloot zich aan bij de Ordedienst, een verzetsgroep, en kwam in november 1944 om het leven toen Britse bevrijders hem per ongeluk aanzagen voor een Duitse infiltrant. Zijn moeder, zwanger en met Hans in haar zorg, besloot te vertrekken uit Vlijmen. Dit bleek een wijze keuze, want hun huis werd later vernietigd door een V1-bom. Hans groeide op in een door de oorlog getekende familie. In mei 1945 werd zijn broertje geboren, en tante Cis keerde terug uit de concentratiekampen. Zijn moeder stond er alleen voor in de opvoeding, maar kreeg steun van verzetsvrienden. Pas in 2015 ging Hans diepgaand onderzoek doen naar het lot van zijn vader en tante Cis. Hij zegt hierover: “Veel later heb ik pas beseft wat er allemaal is gebeurd en hoe dat mijn leven heeft beïnvloed.”
Van 4 tot 25 november is de tentoonstelling ‘Kind van de Oorlog’ te bezoeken.
Alle activiteiten zijn gratis te bezoeken. Voor de gastsprekers zijn reserveringen wel noodzakelijk vanwege de beperkte capaciteit. De plaatsen kunnen binnenkort gereserveerd worden bij de balie van Bibliotheek aan zet of online via de evenementenkalender van Bibliotheek aan zet. (www.bibliotheekaanzet.nl)